Het krijgen en opvoeden van een kind doet mij regelmatig verzuchten dat wij als mensheid zo een onhandige soort zijn. Zwangerschap en vooral bevallen is levensgevaarlijk voor moeder en kind. Babies en kinderen kunnen jarenlang helemaal niks. Borstvoeding is moeilijk onder de knie te krijgen. Tanden krijgen is een langdurig en pijnlijk proces. En waarom hebben mensen eigenlijk twee sets tanden, eerst melktanden gevolgd door een tweede set? Wat is het evolutionaire voordeel daarvan?
Serieus, het gemiddelde dier trekt zich terug in een donker hoekje en poept er even een babie of tien uit. Mensen gaan hardstikke dood het grootste deel van de tijd, en als iedereen het overleeft is er een kind. Een enkel kind! En dat kind is ook maar weer zwak, klein, hulpeloos en ziekelijk.
Over het geheel genomen is het een wonder dat de mensheid de evolutie heeft overleefd. Hoe hebben we dat voor elkaar gekregen, als wij als mensen zo ziek zwak en misselijk zijn, vooral op het reproductieve vlak? Ik zeg: ons brein. Het lijkt erop dat ons grote inventieve brein alle andere onhandige, onaangepaste, onprettige, pijnlijke, levensbedreigende standaard onderdelen van het mens-zijn goed maakt.
Dus, misschien had de bijbel toch gelijk. Of nou ja, de bijbel had bijna gelijk. De erfzonde is niet het gevolg van het feit dat vrouwen zelf willen nadenken. De erfzonde is effectief het gevolg van het feit dat wij als mensen allemaal zelf kunnen nadenken. Dat we plannen kunnen maken, verbanden kunnen leggen, dingen kunnen uitvinden en maken. Zodat we lekker door kunnen modderen met onze ineffectieve lijven, onze pijntjes en kwaaltjes. Eigenlijk is de mensheid de ultieme paradox. Wij zijn extreem flexibel en gemakkelijk aangepast aan iedere omgeving en uitdaging, en daardoor zijn we ultiem onaangepast.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten